Kleren maken de man

Met onze kleding proberen we ons van anderen te onderscheiden. Wat zou er van ons overblijven als we dit omhulsel niet gebruikten om alle facetten van onze persoonlijkheid te exposeren? En wat blijft er in de loop van de tijd eigenlijk over van al die prachtige stoffen zelf, van de modellen en kleuren die ooit ons hart stalen?
Alle materie wordt sleets. Bij iedere ronde in was- en droogtrommel vermindert het volume van textiel, zoals we aan het dekentje van dons in de droger kunnen zien. Dat dekentje vertedert me steeds weer opnieuw.
Is dit residu nog steeds even onderscheidend als onze kleding voordien was?
Die vraag stelde ik mezelf vaak als ik het pluis uit mijn droger bekeek. Ik vond het stofkleedje zo mooi dat ik het jarenlang verzamelde in het geloof er ooit iets bijzonders mee te doen. Ik droeg Jan en alleman op het reststof uit hun eigen machine aan mij te doneren, net zoals ik ook bij eerdere projecten met behulp van anderen mijn materiaal verzamelde.
Het werk Kleren maken de man, is een universeel  stofkleed waarin wij allen verenigd zijn, opnieuw gerangschikt , verweven tot een nieuwe samenhang.