Van hier tot Tokio en terug naar Oegstgeest

We zijn verwend met bomen in de straat. Stil als in gedachten verzonken staan ze tussen de auto’s, telkens een boom en dan weer twee geparkeerde vehikels. De bekende samenhang van natuur en wat mensen voortbrachten, daaruit bestaat het beeld van onze wereld. Tenminste, in de Randstad Nederland, misschien elders zie je door de bomen het bos niet.

Dat laatste overkomt kunst ook. Op weg in de natuur vraag je niet: wat stelt het voor? Maar wie kúnst beziet en niet direct verstaat wat zichtbaar is, wil deze vraag liefst per direct beantwoord zien. Je weet niet altijd waar je naar kijkt, wat de zin ervan is. Wat wil het?

Misschien vraag je dat ook bij het werk van Stef Kreymborg. Tijdens een van onze gesprekken noemt ze wat haar drijft. Kreymborg onderwerpt zich aan het geheel in delen. Daarbij spreekt ze van ritme en ordening en dat de mens hieruit bestaat. Wie ordent onderkent chaos als een probleem en grijpt in. Maar haar ordeningen doen zich chaotisch voor. Er bestaan kennelijk meer oplossingen dan de meest rigide: vakjes, recht op en neer, strak in het gelid en ga zo maar door. Het kamerscherm van plexiglas toont een haast liederlijke herhaling van stukjes muziekpapier, flinterdun hout en stokjes. De ordening hier bestaat uit steeds terugkerende stapelingen van materialen, in een schrijfrichting van links naar rechts telkens op gelijke afstand op de ondergrond vastgebonden. Een wild geheel dat zowel van voren als van achteren te bekijken valt, zelfs dwars daar doorheen. Wat ik spannend vind is die wanordelijke regelmaat die ook in de natuur is. Ze maakt er gebruik van door op het scherpst van de snede zover mogelijk te gaan in die tegenstelling van ordening en chaosï.
Kreymborg zoekt spanning. Telkens komt er tweedeling terug in haar werk, misschien als blauwdruk van wie zij is. Want naast het grage omgaan met mensen bewaakt zij tijd en ruimte om zich te kunnen concentreren op haar maaksels en de afweging daartussen is bepalend voor beide bezigheden. Ook evenwicht hoort daarbij.

Samen met het organische vertoont haar kunst een fascinatie voor wat de mens voortbrengt en waar hij zijn hand in heeft. Al jarenlang wordt de landkaart als drager van betekenis ingezet maar ze stuurt je ermee het bos in, je vindt de weg niet. Ze verknipt, scheurt en herschikt de geografische bepaling en laat je verder in het ongewisse van haar bedoelingen. Kunstenaars hoeven het antwoord niet paraat te hebben, vragen voorleggen is van evenzo groot belang. Dat onder andere maakt kunst waardevol: ze confronteert, prikkelt maar laat jou je gang gaan.

Het zien van vogelvluchten en de vorm van een croissantje kunnen ingrediënten zijn voor een nieuw werk. Kreymborg vouwt, strikt en stapelt, verbindt, voegt samen en plaatst uiteen. Haar brieven uit verzamelde takjes toonden een handschrift dat niet te lezen viel, je raadde hooguit de aanhef en vulde de rest in Ze heeft de schrijfrichting achter zich gelaten en concentreert zich meer op die ene vorm, vrij bewegend in het vlak. Een reliëf bestaande uit gevouwen driehoeksvormen in een monumentale krul direct op de muur geplaatst, haar meest recente werk. De krul lijkt een golf die zich niet aan de verwachte ronding houdt, maar even stokt. Werk dat zich bevindt tussen bewegen en stilstaan, meebuigen en halt houden, als een voortdurend compromis.

Adri Markus, februari 2009